Mooiste steden in Polen

Verspreid door Polen ligt een aantal bijzondere steden.

Van die aan de rivier de Wisła, die stroomt van het Tatragebergte in het zuiden tot de Baltische zee in het noorden, zijn de oude koningsstad Krakau, hoofdstad Warschau en Hanzestad Gdańsk het meest opvallend.

In het westen schitteren het prachtige Wrocław en Poznań. Maar er zijn nog (veel) meer boeiende plaatsen te ontdekken. Ga je mee?

Boeiende plaatsen

Omdat de Poolse steden onderling zo verschillen, vallen ze bijna niet in één woord of zin te omschrijven. Polen is een groot land, ongeveer acht keer de omtrek van Nederland, en de afstanden tussen steden zijn eveneens groot. Tussen het noordelijke Gdańsk en zuidelijke Krakau bijvoorbeeld zit zo’n 550 kilometer.

De steden weerspiegelen vaak de unieke streken waarin ze liggen. Polen is in Europa ook een van de landen met de meeste vermeldingen op de UNESCO-werelderfgoedlijst. Veel van die locaties kun je bezoeken.

Tot de best bezochte steden horen vanouds Warschau, Krakau en Gdańsk, alle drie aan de Wisła gelegen, en het pittoreske Wrocław. Maar ook minder bekende plaatsen als Poznań of Łódź zijn het bezoeken waard.

Vrijwel alle steden zijn goed bereikbaar met auto, vliegtuig of trein. En, handig om te weten: de euro heeft in het land zijn intrede nog niet gedaan, wat voor prettige prijzen zorgt.

1. Warschau

De metropool Warschau ligt in het hart van Polen, in een laagvlakte, ongeveer ter hoogte van Berlijn. De stad bevindt zich eigenlijk helemaal niet zo ver van ons, vanaf Utrecht zo’n 1200 kilometer.

Het is niet alleen sinds 1569 de hoofdstad, maar ook het middelpunt voor wat betreft kunst, cultuur en (Poolse) keuken. Dat maakt de miljoenenstad bruisend, hip en vernieuwend.

Warschau was vroeger van een grote schoonheid. Helaas gingen de nazi’s er tijdens de Tweede Wereldoorlog als beesten tekeer. Als vergelding voor de mislukte Opstand van Warschau ging een groot deel van de stad in vlammen op. Meteen na de oorlog is de Oude Stad minutieus herbouwd. Daarmee kreeg Warschau een deel van zijn Centraal-Europese grandeur terug. En nog altijd wordt er gerestaureerd.

De verwoesting bood de communisten de ruimte voor socialistische bouw. Dat merk je meteen als je het Centraal Station uitstapt, de brede paradelanen en het kolossale Paleis van Cultuur en Wetenschap, een “geschenk” van Stalin, zijn niet te missen.

In de stad vind je veel verwijzingen naar Fryderyk Chopin, Warschaus geliefdste zoon, die er als wonderkind in de adellijke salons furore maakte.

2. Krakau

Het sprookjesachtige Krakau is de grootste stad in het zuiden van Polen, gelegen op de uitlopers van het Tatragebergte. De oude koningsstad kan zich moeiteloos meten met de mooiste steden van Europa. Krakau voelt Italiaans aan, met zijn overvloedige renaissance en barok en de ongedwongen ‘zuidelijke’ sfeer.

Vanaf Utrecht is het, net als naar Warschau, ongeveer 1200 kilometer, een reis die goed te doen is met de trein, bijvoorbeeld via Berlijn of Wenen.

Het is in alles de tegenpool van Warschau: terwijl de hoofdstad ‘nouveau riche’ is, opnieuw opgebouwd en groot en snel, is de oude hoofdstad statig en authentiek, intiem en gemoedelijk. Het bruist in de vele kelderkroegjes en cafés.

De stad doorstond de Tweede Wereldoorlog ongeschonden. Dat mag gerust een klein wonder heten. Het lot van zijn bevolking was een stuk ongelukkiger: de Joodse inwoners werden weggevaagd, onder meer in concentratiekamp Auschwitz-Birkenau, niet ver van Krakau.

Tot 1596 mocht Krakau zich hoofdstad noemen. Hier werden koningen gekroond en begraven. Dat gebeurde in de kathedraal op de Wawelheuvel, fraai gelegen in een bocht van de Wisła. Naast die kerk staat het imposante Koninklijk Kasteel.

Vanaf de kantelen kun je in de verte de Rynek (Grote Markt) zien liggen. Het weidse plein is een favoriete ontmoetingsplek onder locals en toeristen. Pontificaal op de Rynek staat de elegante Lakenhal, symbool van Krakau. Hier werd vroeger onder meer gehandeld in specerijen, zijde en zout.

Krakau heeft zijn rijkdom voor een deel te danken aan de zoutmijnen in Wieliczka en Bochnia, iets ten zuiden van de stad. Vooral de wonderlijke ondergrondse wereld van Wieliczka, sinds 1978 UNESCO-werelderfgoed, is een populaire excursie.

Aan de andere kant van de Wawelheuvel ligt de Joodse wijk Kazimierz. Na de oorlog in verval geraakt, leefde de wijk in de jaren negentig op toen Steven Spielberg er Schindler’s List filmde. Aan de andere zijde van de rivier ligt de wijk Podgórze, waar het getto zich bevond. Hier is ook Schindlers fabriek, nu een museum.

Richting de bergen in het zuiden zie je in het straatbeeld steeds meer houten huizen en kerkjes. Op 800 meter hoogte ligt Zakopane, de winterhoofdstad van Polen en een geliefd wandel- en skioord.

3. Gdańsk

Het schilderachtige Gdańsk (Danzig) ligt aan zee, in de Wisładelta, ingeklemd tussen de schitterende merengebieden van Kasjoebië en Mazurië. Vanaf Utrecht is het eveneens een kleine 1200 kilometer rijden.

De Hanzestad voelt vreemd vertrouwd aan. Een levendige zeehandel zorgde tijdens de middeleeuwen voor veel uitwisseling tussen havensteden. Uit de Lage Landen trokken architecten en kunstenaars naar de tolerante, vrije en welvarende stad. Zij ontwierpen er naar hartenlust monumentale gebouwen. Dat verklaart de koopmanshuizen die zo Hollands ogen. In de smalle straten van de Oude Stad kun je heerlijk wandelen langs winkeltjes en cafeetjes.

Gdańsk maakt deel uit van de Trójmiasto, Driestad, die verder bestaat uit Gdynia en de badplaats Sopot. Alle drie beschikken ze over een mooi zandstrand, maar idyllisch is vooral het heuvelachtige Sopot. Het plaatsje is in 1823 gesticht door een arts in het Napoleontische leger, en stilaan uitgegroeid tot een mondain kuuroord.

Aan historie is er in de stad (of in de buurt daarvan) geen gebrek. Aan alles merk je dat het een spil van de Hanze was, en niet ver van Gdańsk vind je het middeleeuwse Malbork, het grootste kasteel ter wereld.

Wat betreft meer recente geschiedenis: op schiereiland Westerplatte begon de Tweede Wereldoorlog; Hitlers bunker ‘Wolfsschanze’, waar hij het grootste deel van de oorlog doorbracht en waar Von Stauffenberg een mislukte aanslag pleegde, is een dagexcursie vanuit Gdańsk; en op de voormalige Leninwerf voerde Lech Wałęsa vakbond Solidarność aan tegen de communisten.

Gdańsk is kortom een totaalpakket: oude stad, strand, en een razend interessant verleden.

4. Wrocław

Het bijzondere Wrocław (Breslau) is een kosmopolitische studentenstad in het westen van Polen, op een kleine 950 kilometer van Utrecht. Met de trein ben je er zo.

Voor de Tweede Wereldoorlog maakte de stad deel uit van Duitsland. Met het westwaarts opschuiven van de grenzen na de oorlog werd Wrocław weer Pools. Het gevolg was dat de Duitse inwoners verjaagd werden en Polen uit het Poolse Lwów (nu Lviv in Oekraïne) er gedwongen heen moesten verhuizen.

Genoeg reden om wrok te koesteren, maar het kenmerkt de stad juist dat zijn inwoners zich niet alleen hebben verzoend met de vele culturen (Pools, Duits, Joods, Tsjechisch), maar die ook omarmen.

In de straten hangt een gemoedelijke sfeer, zeker in het oude centrum en op de eilandjes in de rivier de Oder, die dwars door Wrocław loopt. Het serene Ostrów Tumski, Kathedraaleiland, is het oudste deel van de binnenstad. Bruisend is het langs de rivier, waar het leven zich afspeelt aan de waterkant. Verder kom je op de gekste plekken kabouters tegen, als flashback naar het ludieke verzet tegen het communistische bewind.

Wrocław ligt niet ver van het ruige Reuzengebergte, in een regio met veel betaalbare spa’s.

Andere Poolse steden

Uiteraard zijn er in Polen nog veel meer boeiende steden, van grote metropolen als Poznań, Łódź en Lublin tot schilderachtige plaatsjes als Sandomierz en Zamość. Stuk voor stuk zijn ze uniek. Mocht je ze allemaal willen ontdekken, dan ben je daar wel even zoet mee.

De grootste trekpleisters verschillen onderling behoorlijk. Wat ze wel gemeen hebben is de Poolse gastvrijheid, de prettige prijzen en het gegeven dat je er in elk seizoen een heerlijke tijd kunt beleven.