POLIN-museum (van de Geschiedenis van de Poolse Joden) in Warschau
Om iets te kunnen begrijpen van de veelomvattendheid van Auschwitz en de Holocaust, moet je je een blik gunnen in de Joodse geschiedenis van Polen. Een van de beste manieren om dat te doen is door een bezoek te brengen aan het POLIN-museum in Warschau. Daar wordt, op een moderne, actieve manier, de Joodse historie van Polen tot leven gewekt.
Alleen al het gebouw van POLIN, voluit: het Museum van de Geschiedenis van de Poolse Joden (Muzeum Historii Żydów Polskich), is een bezoek waard. Het is een parel in de stad en voor de Finse architecten Lahdelma en Mahlamäki betekende het een internationale doorbraak.
Met de constructie van golvend glas, koper en beton – waarin overdwars een opening is gecreëerd – verbeelden de architecten de doortocht van het volk Israël door de Rode Zee, beschreven in het Bijbelboek Exodus.
Het museum verrees in 2013 in het voormalige Warschause getto, dat in 1943 werd weggevaagd. Slechts een stukje straat en de kleine Nożykówsynagoge bleven staan.
Knieval van Willy Brandt
Naast POLIN bevindt zich het monument gewijd aan de opstand van het Joodse getto in 1943.
Uit eigen initiatief (het stond niet in het protocol) viel de Duitse bondskanselier Willy Brandt in 1970 voor het gedenkteken op zijn knieën, om vergeving te vragen voor het vernietigen van de opstandelingen door de nazi’s.
Kijk even naar de gevel met Latijnse en Hebreeuwse letters. Ze lopen in elkaar over en symboliseren een gedeelde geschiedenis van niet-Joodse Polen en Joden.
In en na de Tweede Wereldoorlog is de Joodse inbreng in de cultuur van het land verwoest en sindsdien gaapt er een gat in de nationale identiteit.
Toch is bedruktheid niet het gevoel dat je bekruipt wanneer je de lichte entreehal met glooiende muren betreedt.
De architecten wilden expres een uitnodigende plaats creëren zonder grijze wanden of scherpe hoeken. Dat is gelukt.
Voor de permanente expositie moet je afdalen tot onder in het gebouw.
In de eerste zalen wordt met behulp van kaarten en maquettes getoond hoe de Joden in de vroege middeleeuwen hun toevlucht zochten in de beboste gebieden in het hart van Europa.
Verwevenheid
Dankzij hun aanwezigheid, veelal als handelsreizigers, groeiden riviersteden als Krakau, Toruń en Płock uit hun voegen. In 1264 eeuw tekende koning Bolesław de Vrome het ‘Statuut van Kalisz’, waarmee de vrijheid van godsdienstuitoefening, handel en reizen voor Joden gewaarborgd werd. Tot aan de Poolse delingen, eind achttiende eeuw, respecteerden de Poolse koningen dit document.
In POLIN ontbreekt het nagenoeg aan objecten. Daarmee is het eigenlijk geen museum, maar veeleer een multimediale vertelling over de Joodse geschiedenis.
De verwevenheid van de Joodse cultuur met de Poolse economie wordt op een interactieve manier gepresenteerd. Zo kun je, door het maken van een puzzel, een dag uit het leven van een Joodse graanmolenaar reconstrueren. Of druk je met een persmachine zelf een boekomslag op papier.
Op touchscreens kun je je verdiepen in het religieuze leven, door een mystieke tekst, een legende over een beroemde rabbijn of een kabbalistisch verhaal te kiezen, alles te lezen in de taal naar keuze.
Dagelijks leven
Er is veel aandacht voor het dagelijkse leven van gewone Polen en Joden. Bij een manshoge schildering, begeleid met geluid, waan je je opeens in een achttiende-eeuwse Joodse taveerne.
“De ruimte was woonkamer, drinkkamer, eetkamer, studeerkamer en slaapkamer tegelijk”, luidt de begeleidende tekst uit 1792 van de Joods-Duitse filosoof Salomon Maimon.
“In een hoek lag een stapel donkere was. Ernaast hingen verse worsten te drogen; het vet drupte gestaag naar beneden op het hoofd van de bezoekers. Er stonden wastobbes gevuld met kool en rode bieten, grote kannen met drinkwater pal naast stinkend afvalwater. Hier werd het deeg gekneed, er werd gekookt en gebakken, in de naastgelegen ruimte werd een koe gemolken. Zelf zat ik achter de oven met mijn studenten. Ik vertaalde voor hen een oude afgebladderde Bijbel in hun Russisch-Jiddische dialect.”
Houten synagoge met bima
Het hoogtepunt van POLIN is de replica – op ware grootte – van een zeventiende-eeuwse houten synagoge, met een bima, het verhoogde en omheinde spreekgestoelte waar de Thora gelezen werd, als spectaculair middelpunt.
Op het plafond van het gebedshuis zijn allerlei messianistische dieren veelkleurig nageschilderd en aan uitleg ontbreekt het niet. ‘Verboden te praten tijdens de lezingen van de Thora’ staat in het Hebreeuws op de kap van de bima geschreven.
De synagoge, die ooit in een Oost-Pools dorp stond, was een van de vele houten gebedshuizen die tijdens de Tweede Wereldoorlog werden vernietigd.
Het museum geeft veel context door de chronologie van de geschiedenis te koppelen aan de ontwikkeling van de verschillende Joodse groeperingen. De ruimte waarin de ‘Poolse delingen’ worden verbeeld is rond, met imaginaire scheuren in de vloer geschilderd; daardoor lijkt de ruimte te wankelen.
Polen werd in de achttiende eeuw opgeknipt en verdeeld tussen Duitsland, Rusland en Oostenrijk.
In de verschillende delen van Polen moeten Joden kiezen: in hoeverre integreren ze met het nieuwe bewind? Welke rechten houden ze en welke raken ze kwijt?
Een dag in de jesjiva van Volozjin
Voor zowel seculiere als religieuze Joden was onderwijs een sleutel tot vooruitgang. In een animatiefilm kijk je mee met een ‘Dag in de jesjiva’ van Volozjin, een dorp dat nu in Wit-Rusland ligt. Die privé-academie werd toentertijd vergeleken met de universiteiten van Oxford en Cambridge. Dag en nacht studeerden jonge Joodse leerlingen hier op de Thora, te midden van het Poolse plattelandsleven en de natuur; leren, leren, leren.
Via een nagebouwd treinstation, een omgeving waar je de Joodse rijkelui kon vinden, en een textielfabriek in Łódź waar Joodse arbeiders werkten, kom je in een ruimte met geprojecteerde dagboekfragmenten over het slapen aan dek of zeeziek worden op een schip dat arme en avontuurlijke Joden naar het nieuwe ‘Beloofde Land’ Amerika vaarde.
Een van de reizigers was Sjolem Aleichem, de theaterschrijver, bekend van Tevje de Melkman (later verfilmd als Fiddler on the Roof), die het Jiddisch propageerde als schrijftaal.
Vernietiging
Een ruimte verderop, in een nagebouwde Poolse straat op ware grootte, hoor je plotseling het geluid van straaljagers.
Dan kom je in een labyrint waar alles plotseling zwart-wit wordt: in dit gedeelte presenteert POLIN de vernietiging.
Zo hangen er teksten van de beruchte ‘Aufruf’ of ‘Bekanntmachung’ van de nazi’s waarin Joden wordt opgeroepen een ster te dragen of zich te melden bij het getto of bij de trein naar Auschwitz.
De opstand van het getto van Warschau
Het getto van Warschau werd op 2 oktober 1940 gecreëerd. Een half jaar later woonden er naar schatting 450.000 mensen, zowel Warschauers als mensen uit andere plaatsen. In september 1942 werd ca. 75% van hen gedeporteerd en vermoord in het vernietigingskamp Treblinka.
Toen op 19 april 1943 de SS het getto definitief wilde ontruimen, stuitten de nazi’s op zeer sterke Joodse weerstand. De opstand was een feit. Die opstand was niet bedoeld om de strijd te winnen, maar “om te laten zien dat Joden zich niet als makke schapen naar de slachtbank lieten leiden”.
Het zijn de woorden van Marek Edelman, een van de leiders van de opstand. Hij overleed in 2009 en was een van de weinige Joden die na de oorlog in Polen bleven wonen. Hij ligt begraven op het Joodse kerkhof in Warschau.
“De angst is doordringend. Al die mensen, opgesloten… Ze trokken hun haren uit van spijt dat ze zich zo naïef achter deze gesloten deuren hadden laten leiden”, luidt een geprojecteerde tekst van een schrijver van een gettodagboek.
“Hun stemmen stegen op naar de hemel, in een laatste, grote schreeuw van protest tegen het grootste van alle onrecht dat tegen volkomen onschuldigen was gericht…”
POLIN besluit met de geschiedenis van het jaar 1968, toen er opnieuw een antisemitische golf door het land stroomde, ditmaal aangesticht door de toenmalige communistische regering – een pijnlijke episode waar we in West-Europa weinig van weten. Zo’n vijftienduizend Joden moesten Polen verlaten.
Momenteel wonen er enkele tienduizenden Joden in het land en is er sprake van een voorzichtige opleving, met name in de Joodse wijk Kazimierz in Krakau. “De Poolse-Joodse geschiedenis is nog niet voorbij”, zo eindigt de audiotour in het museum.
Tekst en research (deels) door Michiel Driebergen
Praktische tips
Het museum hoort tot de populairste bezienswaardigheden in Warschau. Voor reizigers die geïnteresseerd zijn in het Jodendom zijn er in de stad nog andere plekken van betekenis, zoals de Joodse begraafplaats en de resten van de Joodse wijk.
Dat POLIN in 2016 de prestigieuze titel ‘European Museum of the Year’ kreeg, is vooral te danken aan de slimme presentatie. Je krijgt er een brok geschiedenis die je zal helpen om Polen beter te begrijpen.
Een regulier kaartje kost 27 złoty, zo’n 6 euro; een gezinskaart (2 volwassenen en max. 4 kinderen) kost 60 złoty, een kleine 15 euro. Een audiotour kost 10 złoty, minder dan 2,50 euro. Op donderdag is toegang tot de vaste en tijdelijke tentoonstellingen gratis.
Trek voor een bezoek twee à drie uur uit en eet een hapje in het museumrestaurant. (POLIN, Museum van de Geschiedenis van de Poolse Joden (Muzeum Historii Żydów Polskich): Anielewicza 6, Warschau)
Weet waar je eet
WARSZE by Bracia Wisniewscy
WARSZE by Bracia Wisniewscy is het museumrestaurant van POLIN; Warsze is de Jiddische naam voor Warschau. Het serveert koosjer, uiteraard. De gerechten grijpen terug op de Warschause culinaire traditie van begin twintigste eeuw. Al oogt het als een kantine, het eten is smakelijk en degelijk en dat heb je na twee à drie uur in het museum wel nodig. Prijzen zijn voor Poolse begrippen vrij hoog. (WARSZE by Bracia Wisniewscy: Anielewicza 6, Warschau)
BeKeF
Op een paar minuten lopen van de Nożykówsynagoge, aan de westzijde van het immense Paleis van Cultuur en Wetenschap, zit restaurant BeKeF. Wil je uitgebreid (koosjer) Joods tafelen, ga dan hierheen.
In de kleine, sfeervolle zaak vind je de authentieke Israëlische keuken met ook veel keus voor vegetariërs en veganisten. De hoemoes is de beste van Warschau; ook de falafel is overheerlijk. De bescheiden eigenaren zijn behulpzaam – je waant je bij ze thuis. De gerechten zijn heel betaalbaar. (BeKeF: al. Jana Pawła II 11, Warschau)